Hoorn en Oosterleek
Prachtige velden kleuren de omgeving van Enkhuizen, Hoorn en Oosterleek geel, rood, paars, wit en roze. In de eindeloze zeeën van kleurige bollenvelden wuiven verschillende soorten tulpen, narcissen en hyacinten in het voorjaar en gladiolen, dahlia’s, anjers en asters in de nazomer je na wanneer je langs fietst. De route start in “Haringstad”, de toepasselijke bijnaam die Enkhuizen in de Middeleeuwen kreeg vanwege haar verleden als centrum voor de haringvisserij. Inmiddels is de stad uitgegroeid tot een belangrijk toeristisch centrum waarin vooral water centraal staat: je ziet er jachthavens die de recreatie op het IJsselmeer en het Markermeer in de hand werken en ook het Zuiderzeemuseum is in het plaatsje gevestigd. Je vertrekt vanaf De Port van Cleve in zuidwestelijke richting en komt uiteindelijk in Oosterblokker de eerste bezienswaardigheid van deze tocht tegen. Je kunt hem niet over het hoofd zien, want stellingmolen De Krijgsman domineert zijn omgeving. De molen werd in 1897 gebouwd op de plek waar eerder twee andere molens stonden. De eerste werd in 1862 door een storm verwoest, de tweede verbrandde in 1896 toen de bliksem insloeg. Hoewel de molen tussen 1925 en 1934 buiten werking was, kan de molen nog steeds koren malen. Dat wordt gedaan op vrijwillige basis. De molen is te bezichtigen op dinsdagmiddag, zaterdagochtend en op vrijdagen de hele dag. Je fietst naar het gehucht Schellinkhout, waar je de Groote Molen (Grote Molen) ziet staan langs de uitlopers van het Markermeer. Het exacte bouwjaar van de molen is onbekend, maar geschat wordt dat de molen tussen 1603 en 1638 ontworpen en gebouwd is. De poldermolen is achtkantige grondzeiler die met riet bedekt is. De molen heeft een Oudhollands wiekenkruis, een kruiwerk met houten rollen en een Vlaamse vang.